Het gebeurt regelmatig dat mensen geconfronteerd worden met een besluit van de gemeente of provincie waar ze het niet mee eens zijn of waardoor zij zelfs schade lijden. Het is echter vaak onduidelijk voor de meeste mensen wat zij kunnen doen in deze situatie en waar zij recht op hebben.
Van planschade is sprake wanneer een onroerende zaak in waarde verminderd of de inkomsten van iemand teruglopen als gevolg van bijvoorbeeld een wijziging in een bestemmingsplan, een verleende omgevingsvergunning of een wijziging van een provinciale verordening. Voorwaarde voor het ontstaan van planschade is echter wel dat de schade redelijkerwijs niet voorzienbaar was, de schade redelijkerwijs niet voor rekening hoort te komen van de aanvrager en de schade niet op een andere manier is verzekerd.
De gemeente besluit om een bestemmingsplan zo te wijzigen dat in een gewone woonwijk met enkel een woonbestemming het ook mogelijk wordt om een café te beginnen. De gemeente wijzigt daarom de bestemming in het ontwerpbestemmingsplan. De buurman van de heer Zwart besluit om van deze mogelijkheid gebruik te maken. Meneer Zwart is hier niet blij mee. Het café zal voor geluidshinder in de wijk zorgen. Hierdoor zal de waarde van zijn woning dalen. Hij wil deze planschade dan ook vergoed zien.
Planschadevergoeding kan aangevraagd worden bij het college van burgemeester en wethouders van de betrokken gemeente. De meeste gemeenten hebben een standaardformulier voor het aanvragen van een planschadevergoeding ontwikkeld. Deze standaardformulieren kunt u afhalen bij de centrale balie van de gemeente of te downloaden via de website van de gemeente. Een verzoek om planschadevergoeding dient binnen vijf jaar na het onherroepelijk worden van het schadeveroorzakende besluit te worden ingediend. Voor het aanvragen van planschadevergoeding worden bij de meeste gemeenten leges geheven. Leges zijn kosten die bestuursorganen zoals de gemeente in rekening brengen voor het behandelen van een aanvraag. In de legesverordening van uw gemeente kunt uw zien hoeveel deze leges bedragen.
In dit geval kan meneer Zwart nog geen planschadevergoeding aanvragen. De gemeente heeft weliswaar kenbaar gemaakt in het ontwerpbestemmingsplan dat zij voornemens is om de bestemming te gaan wijzigen maar er is nog geen sprake van een onherroepelijk besluit. Pas wanneer het definitieve bestemmingsplan is vastgesteld en het niet langer mogelijk is om daar tegen in beroep te gaan en eventuele beroepsprocedures zijn afgewikkeld, kan meneer Zwart zijn verzoek om planschadevergoeding indienen bij het college van burgemeester en wethouders.
Nadat u een verzoek om planschade heeft ingediend bij het college van burgemeester en wethouders, zal de gemeente in de meeste gevallen een onafhankelijk bureau in de arm nemen die een planschade onderzoek instellen. Het bureau doet vervolgens onderzoek naar de vraag of er inderdaad een besluit is genomen dat planschade veroorzaakt en het bureau taxeert de schade. Vervolgens brengt het bureau een advies uit aan het college van burgemeester en wethouders. In dit advies geeft het bureau aan of en zo ja hoeveel planschadevergoeding naar haar mening toegekend moet worden. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente zal dit advies meestal overnemen en vastleggen in een besluit.
Als het college van burgemeester en wethouders besluit dat u geen planschade krijgt, kunt u bezwaar aantekenen tegen het besluit van de gemeente. In veel gevallen zal het verstandig zijn om een contra- expertise te laten verrichten waaruit blijkt dat het bureau de planschade verkeerd heeft beoordeeld. Het bezwaar zal vervolgens tijdens een hoorzitting besproken worden. Daarna neemt de gemeente een beslissing op bezwaar. Daartegen kunt u eventueel in beroep gaan.
Als u zelf van oordeel bent dat u schade lijdt door een besluit van een overheidsorganisatie kunt u contact opnemen met ons voor een afspraak of advies. Wij kunnen met u de mogelijkheid bekijken om een verzoek tot planschade in te dienen en u nader voorlichten omtrent de procedure.